Zelf behangen? Papgemakkelijk!

Zelf behangen? Papgemakkelijk!
Tegenwoordig worden muren meestal geschilderd, maar ook met behang kun je nog altijd hele leuke effecten bereiken. Zelf behangen is trouwens helemaal niet moeilijk. Onze ‘handleiding voor dummies’ staat garant voor een geslaagd resultaat!

Voor je begint met behangen ...

De beste resultaten krijg je met een gladde en schone muur als ondergrond. Let er ook op dat het plaksel goed droog en mooi gehecht is. Eventuele scheuren en beschadigingen moet je eerst repareren. Het eerste wat je moet doen, is berekenen hoeveel rollen behangpapier je nodig hebt. Bepaal eerst hoeveel banen je uit een rol behangpapier haalt. Meet vervolgens de breedte van alle te behangen muren en tel die bij elkaar op. Trek daar de breedte van hoge ramen en deuren van af en deel het geheel door de breedte van een rol behangpapier. Deel dit tenslotte door het aantal banen per rol en je weet hoeveel rollen je precies nodig hebt. Bijvoorbeeld:
  • Rollen van gemiddeld 10 meter lang en 53 cm breed
  • Een kamer van 3 meter hoog en een totaal te behangen breedte van 24 meter
  • Eén rol is dus goed voor drie banen (10:3 = 3,33 wordt 3)
  • In totaal heb je zestien rollen nodig. (2400:53:3 = 15,1 wordt 16)

De behanglijm maken

Er bestaan verschillende soorten behangerslijm, maar de meest gebruikte soort is universele behanglijm in poedervorm. Voeg water toe en roer goed, zodat er geen klonters in voorkomen. Laat de lijm tien minuten rusten voordat je hem gebruikt. Let op: voor speciaal behang zoals vinyl, textiel of glasvezelbehang moet je een kant-en-klare behanglijm en een lijmkam gebruiken.

Behangen: de verschillende stappen

  • Als je het behang knipt, neem je zowel bovenaan als onderaan een marge van vijf centimeter. Gaat het om behang met een patroon dat in de breedte moet aansluiten, dan neem je het best een grotere marge.
  • Leg de eerste baan papier met de bedrukte kant op een propere plaktafel. Breng met een papborstel lijm aan en laat die even indringen. Ondertussen kun je al de volgende baan inpappen.
  • Begin met plakken bij een deur of een venster. Met een schietlood kun je controleren of alles loodrecht is. Voorzie een overlap van zo’n drie centimeter in de breedte.
  • Plaats de ingepapte baan papier met vijf centimeter overlap aan het plafond en let erop dat je het patroon niet ondersteboven hangt. Spreid het papier goed uit met behulp van een propere behangborstel. Druk vervolgens alles goed aan van het midden naar de zijkanten. In de hoek met het plafond kun je met de achterkant van een schaar een vouwlijn.
  • BehangenKnip bovenaan voorzichtig het overtollige stuk papier weg. Je kunt dit doen met een schaar, maar makkelijker nog is het om met een breekmes langs een lat te snijden. Laat de lijm even drogen voor je dit doet.
  • Ook bij de raam- en deurkozijnen moet je het overtollige behang wegknippen. Knip daarvoor het papier schuin in en maak met de achterkant van een schaar een vouwlijn tegen het kozijn. Gebruik deze lijn om het behang recht af te knippen of te snijden.
  • Ga verder met het plakken van de andere banen papier en zorg ervoor dat het patroon correct aansluit. Druk de naden aan met een schone doek. Lijmresten kun je voor het drogen voorzichtig verwijderen met een vochtige spons.
  • In de hoeken van de kamer kun je het best een extra centimeter papierbreedte voorzien die je omplooit. De andere helft van de baan (of de nieuwe baan) kun je dan boven deze centimeter plakken. Let erop dat het patroon mooi aansluit!
  • Voordat je papier rond stopcontacten of schakelaars plakt, schakel je het best eerst de stroom uit. Schroef het afdekplaatje los en plak het behang over de opening. Knip daarna met een schaar het overtollige papier weg, zodat de opening weer vrij komt. Plaats ten slotte het afdekplaatje terug.
  • Papier plakken achter radiatoren is lastig. Het best kun je de radiatoren losmaken van de muur. Is dat geen optie, gebruik dan een schone verfroller of een in doeken gewikkelde bezemsteel om het papier achter de radiator aan te drukken.