De
Belgische vastgoedmarkt is een van de gezondste van Europa volgens de Vlaamse vastgoedmakelaardij. Het gevolg: in tegenstelling tot in andere landen storten de woningprijzen niet in elkaar, ze blijven stabiel.
Klinkt goed, maar is dit ook effectief zo? Welke argumenten gebruiken de Vlaamse vastgoedmakelaars om hun bewering te staven?
Bijzonder goedkoop
De Belgische
vastgoedprijzen liggen laag. Hoewel er de laatste jaren een inhaalbeweging is, liggen de gemiddelde woningprijzen nog steeds 15 tot 25% lager dan in onze buurlanden.
Hoge kwaliteit
Onze
woningkwaliteit ligt dan weer hoger dan in andere Europese landen. Onze woningen zijn ruimer. Terwijl buitenlandse eengezinswoningen een gemiddelde oppervlakte hebben van 87 vierkante meter, is de gemiddelde bewoonbare oppervlakte van Belgische woningen 119 vierkante meter. De gemiddelde Belg verhuist gemiddeld dan ook minder snel: om de 33 jaar.
Geen overaanbod
In Spanje of Ierland zorgt een overaanbod ervoor dat de woningprijzen in elkaar stuiken. In België zijn er
vandaag 1.090 woningen voor 1.000 gezinnen. Van een overaanbod is dus geen sprake.
Strengere voorwaarden voor hypothecaire leningen
Belgen kiezen voor zekerheid. Ze hebben doorgaans veel eigen inbreng wanneer ze een hypothecaire lening aangaan, vaak tot 30%. Vaste rentevoeten zijn in trek. Gekke financiële producten zijn nooit populair geweest en in tegenstelling tot in andere landen en de wanbetalingsgraad is amper 1,7%. Bovendien stellen de banken nu strengere voorwaarden voor hypothecaire leningen.
Fiscale stimuli
De federale en gewestelijke overheden s
timuleren de aankoop van eigen woningen door fiscale stimuli, zoals de
woonbonus of woonpremies.
Moraal van het verhaal? De
prijs-kwaliteitsverhoudingen op de Belgische woningmarkt zijn momenteel haast nergens beter.
Bron: Knack
